De Porsche 911 S/T: speciaal voor race- en rallyklanten

Porsche heeft gedurende haar bestaan altijd ingespeeld op specifieke doelgroepen, zeker waar het de motorsport betrof. Eigenlijk zijn ze hier al mee begonnen in 1938, met de 64K10 Berlin-Rom Auto. Deze auto is al jaren in het bezit van een Oostenrijkse familie. Ik ben een keer bij de auto geweest om hem te inspecteren voor een klant. Het is een ongelooflijke fascinerende auto. Nog fascinerender was helaas het feit dat de prijs maar bleef stijgen, totdat mijn klant afhaakte.

Rennsport

Maar goed, Porsche heeft dus zeer veel ontwikkeling gestoken in Rennsport, omdat ze dit altijd hebben gezien als de basis voor de productiemodellen. Een belangrijke periode hierin waren de jaren rond 1970. Gooide Porsche al hoge ogen met de 2.0 liters in onder andere de lichtgewicht 911R en allerlei andere variaties, toen in 1970 de 2.2 kwam, werd Porsche bijna onoverwinnelijk.

Dun blik

Bijna zonder uitzondering werden deze auto’s op basis van de 911 S gebouwd. Daar houdt dan ook elke vergelijking op. Bijna alles aan deze auto’s is aangepast. Door verregaande gewichtsbesparing, door middel van het weglaten van heel veel onnodige dingen en het gebruiken van extra dun blik voor de carrosserie.

M491

Het meeste werd samengevat in de fabrieksoptie M491 (Rennausführung) en bijna altijd in combinatie met M471 (Sportausstattung) dat de meesten kennen van de latere 2.7RS. Deze auto’s werden intern de ST genoemd, maar krijgen ook vaak de naam S/T. Ook zijn er S/R ‘s. Het verschil tussen de T en de R, is dat de T een snelheidswagen is, terwijl de R voor rally’s is gebouwd. Hoger op zijn wielen, andere banden et cetera.

1.000 kilogram

Vorige week was ik bij een klant die zowel een 1970 2.2 S/T als een 1972 2.5 S/T heeft. In vergelijking met de ‘gewone’ S met 180 pk, had de 2.2 al 240 pk. De 2.5, gebaseerd op de 2.4S had toen al 270 pk. Da’s best veel voor ’n auto van krap 1000 kilogram. Hij heeft mij gevraagd zijn 2.5 S/T te verkopen. Dat is een auto die ooit 70.000 D-Mark kostte, maar inmiddels rond de twee miljoen euro waard is.

Werks Auto

Deze 2.5 S/T is één van de zeven Werks auto’s. Later zijn er ook auto’s met deze opties geleverd en elders afgebouwd, dus dat het een Werks auto is geeft de auto wel meerwaarde. Eerder al werd zijn auto uitgeroepen tot een van de origineelste die er nog zijn. Ik hoor vaak de opmerking van mensen dat ze niet snappen waarom mensen er niet zuiniger op zijn geweest, maar deze auto’s zijn allemaal gebouwd als racers. En waar geracet wordt, vallen af en toe klappen. En dat was al pijnlijk toen deze nog 70.000 euro kostte. Gelukkig zijn er nog genoeg ‘gekken’ die er ook nu nog gas mee durven te geven. Daarmee voorkomen ze dat dit soort auto’s eindigt als ‘trailer queen’.